Kennelijk is Opel tevreden over het gebruik van ingekochte ontwerpen voor zijn bedrijfsautotak. Ze doen dat immers als jaren met de middelgrote Vivaro en grote Movano bestellers, eigenlijk Renault-producten met een wat aangepast Opel-gezicht.

Voor de kleinste besteller Combo heeft Opel lang vastgehouden aan een eigen ontwerp. In die zin dat een ruime bestelwagen-achterkant aan de voorkant gebreid werd van eerst de Astra, en daarna de Corsa.

Twee lengtes, twee hoogtes

Het werd blijkbaar toch teveel werk, de Combo deelde de laatste jaren niet mee in diverse vernieuwingen van de Corsa-reeks. Nu houdt Opel het helemaal simpel, ze winkelden bij hun zakenpartner Fiat en nemen de Doblò over.

We herinneren er maar even aan dat Opel-moeder GM ooit heel Fiat wilde opkopen, voordat Sergio Marchionne er de bezem doorhaalde en het Fiat-concern weer overeind hielp. GM hield Fiat, meer in het bijzonder Fiat Powertrain, wel aan als partner voor dieselmotoren.

Daarnaast gaat Fiat dan de Combo maken voor Opel, met een minimaal gewijzigd front. Het complete Doblò-gamma komt ook als Opel, dat wil zeggen ook de verlengde en verhoogde maxi-versie. Mede daarmee veroverde Fiat voor dit model de titel Bestelauto van het Jaar.

Benzine, diesel, aardgas

Ook voor het motorgamma gaat Opel geheel mee met het Fiat-origineel. De goedkoopste variant voor net geen 10.000 euro ex BTW heeft een 1.4 benzinemotor, er zijn drie dieselversies met 1.3, 1.6 en 2.0 MultiJet-aggregaten.

Dat levert voor een bestelauto een breed vermogensscala van 66 tot 99 kW. Een interessant buitenbeentje is de 88 kW sterke bivalente 1.4 turbomotor op aardgas. Hij krijgt een 22 liter benzinetank mee voor als de gaspomp te ver weg is, maar hoort meestentijds goedkoop op zijn 95 liter gastanks te rijden.

Het sluit mooi aan dat zowel Fiat als Opel in aardgas een goede alternatieve brandstof zien, en er beide al lange tijd mee bezig zijn in hun modelgamma’s.

Peter Fokker (Redactie AMT)